Klaar voor Gezond-tijd
17 min. leestijd
tekst: Adrianne Waldt (zij/haar) foto’s: Alex Noels (hij/hem)
Uit editie 3 Macht - macht van informatie
“Hoe is jouw gezondheid?” en “Wie beslist daarover?”
Dat zijn vragen waar je alvast op mag antwoorden. Jouw antwoorden neem ik mee om dieper in te gaan op het onderwerp gezondheidszorg. Ik wil je denkkader uitdagen om te voelen - en zo voorbij het bekende te gaan.
Ging jouw antwoord verder dan de afwezigheid van ziekte? We bekijken even de situatie van de gebroeders Gerrit en Erik. Gerrit is 29 jaar, een sociaal geëngageerde man en een vermoeide maar gelukkige kersverse vader. Hij zet zich in zijn vrije tijd actief in voor de lokale voetbalvereniging waar hij projecten met de buurt opzet en nog veel meer. Zelf speelt hij geen voetbal, vanwege zijn aangeboren hartafwijking, maar hij vindt het belangrijk dat ook jongeren uit kansarme gezinnen de mogelijkheid krijgen om te kunnen voetballen. Erik is zijn oudere broer van 33 jaar. Hij is zeven jaar samen met zijn vriendin, die nu een jaar thuiszit met een burn-out. Na zijn werkuren neemt hij met tegenzin het huishouden op zich. De laatste jaren sport hij nog sporadisch, maar ondanks dat blijft zijn lichaam atletisch en is hij fysiek vitaal. Hij stelt zichzelf wel steeds vaker de vraag wat de zin is van het leven. Soms voelt hij zich leeg en - ondanks zijn goede relatie - eenzaam. Wie van de broers vind jij gezonder? Een arts zou Gerrit ondanks zijn rijk leven diagnosticeren als persoon met een ziekte, terwijl Erik minder heil in zijn leven ziet, maar wel gezond wordt verklaard.
WERELD ZONDER ZIEKTE
De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) begreep dit concept ook al bij haar oprichting en kwam tot de volgende definitie: “Gezondheid is een toestand van volledig fysiek, geestelijk en sociaal welbevinden en niet van louter het ontbreken van ziekte.” Die breed erkende visie kan ook worden verklaard door de tijdgeest. In 1948 werd er een nieuw antibioticum ontdekt en het eerste polio-vaccin ontwikkeld. Door die hoopgevende ontwikkelingen in tijden dat er voornamelijk infectieziekten waren, leek het mogelijk om alle ziekten de wereld uit te helpen en
gezondheid dus breder te bekijken. Intussen blijkt het niet zo rechtlijnig te zijn, maar toch blijft de focus binnen onze gezondheidszorg op het elimineren van ziekten.
​
Hoewel de insteek was om de holistische aard van gezondheid te benadrukken, heeft de definitie ook geleid tot een vorm van medicalisering. De laatste tijd denken gezondheidsprofessionals over ziekte en behandeling als een slot-sleutel model. De reden dat dit model zo dominant is, komt door de antibiotica-revolutie. Plots was daar een stof (sleutel), die de ziektekiemen (slot) in het lichaam vond en zich eraan vastklikte. Een ziekte die daarvoor nog dodelijk was - zoals longontsteking, syfilis, tuberculose - werd nu een ziekte die te genezen of te behandelen was.
“Als we het lichaam aanschouwen als een tuin in plaats van een machine, dan veranderen ook de rollen. Dan beslissen mensen dus zelf meer over hun gezondheid in plaats van dit beslissingsrecht af te geven.”
Dat bacteriën en virussen zich niet zo makkelijk laten vangen, mag intussen ook duidelijk zijn. Het in 1948 ontdekte antibioticum streptomycine wordt tegenwoordig ook beperkt omdat resistentie en de nadelige bijwerkingen zich kunnen ontwikkelen. De microbe verandert mee en wordt slimmer, wat de gezondheidszorg voor nieuwe uitdagingen zet.
CHEMISCHE DUISTERNIS
Dat idee was zo verleidelijk dat ze de laatste 100 jaar geprobeerd hebben om dat model toe te passen op niet-besmettelijke ziekten, maar helaas niet met hetzelfde resultaat. Zolang we ziektes willen oplossen door ons vooral te focussen op medicamenteuze interventies, blijven we tegen onzichtbare muren aanlopen.
​
Volgens wat we nu weten liggen de chemische reacties in het menselijk lichaam in de orde van een miljoen. Van die 1.000.000 reacties kunnen medicijnen vandaag invloed uitoefenen op 250 ervan. Al de rest bestaat uit chemische duisternis. Als we het lichaam op celniveau bekijken, dan zijn de chemische invloedssferen beperkt. De natuur blijkt ons in een radicaal andere richting te sturen om over ziekte na te denken. We moeten daarom naar een hoger niveau gaan. Wat wij denken en voelen heeft een veel sterkere invloed op de chemische reacties in ons lichaam (in beide richtingen), dan waar medicatie toe in staat is.
EEN PIL VOOR ALLES
Terug naar de WHO-definitie. Die impliceert dat gezondheid een staat van perfectie is, een ‘toestand’ van ‘volledig’ welzijn. Door de omschrijving van een ‘toestand’ wordt de mens als iets statisch gezien, zonder actieve inbreng. Het ‘volledige’ welzijn betekent dat er altijd ruimte is voor verbetering en dat er dus altijd iets kan worden behandeld. Verder laat het ook doorschijnen dat gezondheid voornamelijk een medische kwestie is. Hierdoor interpreteren en behandelen we steeds meer niet-medische aspecten van het leven als medische problemen. Een aantal voorbeelden hiervan zijn sociale problemen (verslavingen), psychosociale problemen (angst en depressie), gedragsproblemen (ADHD), levensfaseproblemen (menopauze) en problemen met de leefstijl (obesitas).
Die medicalisering (en de bijhorende pillenvoorschriften) zijn niet zonder gevolg. In Nederland zijn er per dag gemiddeld 140 ziekenhuisopnames en 3 overlijdens vanwege medicatiefouten, bijwerkingen of andere medicatiegerelateerde problemen. Breder genomen schatte het ‘British Medical Journal’ in 2019 dat medische fouten dagelijks meer dan 700 sterfgevallen veroorzaken in de Europese Unie. De vraag is dus niet enkel of deze definitie geen opfrisbeurt kan gebruiken na 75 jaar, maar ook of we er met ons huidige gezondheidssysteem een antwoord op kunnen bieden.
GEZONDHEIDSZORG VERSUS ZIEKENZORG
Terug naar de WHO-definitie. Die impliceert dat gezondheid een staat van perfectie is, een ‘toestand’ van ‘volledig’ welzijn. Door de omschrijving van een ‘toestand’ wordt de mens als iets statisch gezien, zonder actieve inbreng. Het ‘volledige’ welzijn betekent dat er altijd ruimte is voor verbetering en dat er dus altijd iets kan worden behandeld. Verder laat het ook doorschijnen dat gezondheid voornamelijk een medische kwestie is. Hierdoor interpreteren en behandelen we steeds meer niet-medische aspecten van het leven als medische problemen. Een aantal voorbeelden hiervan zijn sociale problemen (verslavingen), psychosociale problemen (angst en depressie), gedragsproblemen (ADHD), levensfaseproblemen (menopauze) en problemen met de leefstijl (obesitas).
Die medicalisering (en de bijhorende pillenvoorschriften) zijn niet zonder gevolg. In Nederland zijn er per dag gemiddeld 140 ziekenhuisopnames en 3 overlijdens vanwege medicatiefouten, bijwerkingen of andere medicatiegerelateerde problemen. Breder genomen schatte het ‘British Medical Journal’ in 2019 dat medische fouten dagelijks meer dan 700 sterfgevallen veroorzaken in de Europese Unie. De vraag is dus niet enkel of deze definitie geen opfrisbeurt kan gebruiken na 75 jaar, maar ook of we er met ons huidige gezondheidssysteem een antwoord op kunnen bieden.
ECHTE PREVENTIE
Wereldwijd gaat hooguit 2 tot 3 procent van de fondsen voor kankeronderzoek naar preventie. In België ging in 2018 nog geen 1% van de uitgaven voor de gezondheidszorg naar aanbieders van preventieve zorg.
​
Een klassieker in de preventieve zorg is een mammogram afnemen. Timothy Jorgensen schrijft dat bij een positief mammogram de kans op effectieve kanker in werkelijkheid maar één op tien is. Van elke duizend gescreende mensen overlijden er sowieso vier aan borstkanker (omdat de kanker niet is ontdekt of niet succesvol behandeld kon worden). Op elke duizend mensen die niet gescreend zijn, overlijden er vijf aan borstkanker. Die vorm van preventie is niet alleen extreem duur, maar het is maar de vraag of dit de meest effectieve manier om ziekte tegen te gaan. Als we die methode eens onder de wetenschappelijke loep nemen, kunnen er grote vraagtekens geplaatst worden bij de statistische significantie. Wat we daarbij vergeten zijn, is dat zo’n evidence-based medicine in oorsprong niet enkel gaat over de cijfers, maar ook over de ervaring van de beoefenaar én de ervaring van de patiënt. Hoe ervaart een persoon in het algemeen een mammografie? Hoe zijn de ervaringen van al die mensen met een (vals) positief mammogram? Dan spreken we zelfs nog niet over de daardoor onnodige maar ingrijpende verdere onderzoeken.
Wat zou er gebeuren als de conventionele geneeskunde kritisch durft te kijken naar haar eigen praktijken? Wat als evidence-based medicine in zijn volwaardige drie facetten wordt onderzocht en met het heersende beleid wordt afgetoetst, hetgeen waarvoor onderzoek bedoeld is. Om daarnaast een positief voorbeeld te geven, de screening van baarmoederhalskanker zorgt wel voor 40 tot 50 procent minder overlijdens. Dat maakt dat in veel van de welvarende landen iedereen met een baarmoeder regelmatig naar de huisarts wordt geroepen voor een uitstrijkje.
​
Toch is een meer holistische benadering van groot belang. In plaats van de focus te leggen op reageren op iedere mogelijke ziektekiem of abnormale lichamelijke reactie zouden we ons welzijn moeten versterken zodat onze verdedigingsmechanismen een gezond evenwicht in stand houden. Nog voordat ziektes zich in het fysieke lichaam op celniveau manifesteren zijn er al specifieke disbalansen te observeren én te behandelen. Dit is waar er aan echte preventie kan worden gedaan. Om op dit hoger niveau (dus de energie die de materie creëert en moduleert) te kunnen kijken, moeten we beginnen het lichaam te zien als een tuin in plaats van een machine.
VAN HET LICHAAM ALS MACHINE…
Momenteel wordt het lichaam nog te veel bekeken als een machine. Hierbij gaan we ervan uit dat er een causaal verband bestaat tussen twee variabelen (weliswaar in een zwembad vol andere variabelen, genaamd de complexiteit van het menselijk lichaam). Laten we eens uitgaan van twee variabelen, namelijk een ‘afwijking aan de schouder’ en ‘pijn’:
“In plaats van het bouwen van balustrades om te voorkomen dat mensen in het water vallen of ze eruit te redden, zou een echte gezondheidszorg mensen moeten leren zwemmen.”
Vijf jaar geleden is er een wetenschappelijk artikel gepubliceerd in ‘The Lancet’ waaruit blijkt dat schouderoperaties geen betere pijnverlichting bieden dan placebo-schouderoperaties. Nochtans worden deze kostelijke operaties in de UK jaarlijks gemiddeld bij 21.000 mensen uitgevoerd. Professor Carr, een orthopedisch chirurg aan Oxford University Hospitals, zei dat de voordelen van bepaalde soorten chirurgie gedeeltelijk of geheel kunnen worden verklaard door de sterke verwachting van patiënten. Eerdere studies toonden gelijkaardige resultaten behalve bij artritische knieoperaties en spinale cementinjecties voor wervelfracturen. Verder kan kinesitherapie na de operatie ook invloed hebben op verbetering.
​
Om het lichaam überhaupt als machine te kúnnen benaderen, moet je weet hebben van alle onderdelen. Maar in tegenstelling tot echte machines, kennen we nog niet alle delen van ons lichaam. In 2013 ontdekten twee artsen van UZ Leuven zo een nieuwe pees in de knie.
… NAAR HET LICHAAM ALS TUIN.
Sinds de jaren ‘50 zijn er veel inspanningen geleverd om het slot-sleutelmodel op kanker toe te passen. Pas in de laatste 20 jaar werd ook aan het immuunsysteem gedacht: een kankercel groeit immers niet in een vacuüm, maar in een menselijk organisme. In plaats van iets te doden, moeten we eerder een bevorderende omgeving cultiveren. Als we dit aspect toch nog via het ‘lichaam als machine’-wijze benaderen, moeten we dus ook het immuunsysteem kennen. Hier wringt jammer genoeg het schoentje evenzeer.
Als we het lichaam aanschouwen als een tuin in plaats van een machine, dan veranderen ook de rollen. Dan is het niet enkel de arts die als monteur van het lichaam een actieve en machtige positie inneemt in het genezingsproces, maar krijgen de patiënten als amateur-tuinier zelf middelen in handen. Dan beslissen mensen dus zelf meer over hun gezondheid in plaats van dit beslissingsrecht af te geven. Die benadering, waarbij de mens een levend en dynamisch organisme is, is hoe de meeste traditionele geneeswijzen het lichaam bezien.
WERELD MET ZINVOLLE LEVENS
In de laatste decennia is er voor de WHO-definitie van gezondheid geopperd voor een vierde dimensie, namelijk de spirituele (innerlijke) gezondheid. Ongeacht iemands geloofsovertuiging is dat een aspect dat voor ieder mens van belang is. Het gaat namelijk over een gevoel van vervulling en tevredenheid met ons eigen leven, zelfvertrouwen en zelfrespect, zelfbewustzijn, vrede en rust met weerbaar emotioneel evenwicht - zowel intern als ten opzichte van de omgeving, maar ook onzelfzuchtigheid, positieve emoties, mededogen en bereidheid om anderen te helpen en succesvol om te gaan met alledaagse levensproblemen, waaronder sociale stress.
Het is een gedachtegang die in de medische wereld niet lang na de Tweede Wereldoorlog opkwam. Uit een studie naar overlevenden van concentratiekampen bleek dat zingeving effect heeft op gezondheid. De onderzoekers kwamen tot de conclusie dat zelfs in de meest mensonterende en pijnlijke situaties het leven potentieel zinvol is.
“Vanuit veel verschillende traditionele geneeswijzen is het meestal niet mogelijk om het fysieke los te behandelen van andere aspecten van het menselijk leven.”
Dr. Huber onderzocht hoe verschillende groepen, uiteenlopend van verzekeraars tot patiënten, kijken naar gezondheid. Er bleken grote verschillen te bestaan tussen beleidsmakers, onderzoekers en artsen enerzijds, en patiënten anderzijds. De eerste drie hielden zich voornamelijk bezig met de lichamelijke functies, terwijl de patiënten sociale participatie en zingeving minstens zo belangrijk vonden. Opvallend was ook dat de antwoorden van andere (para)medische beroepen, zoals verpleegkundigen, dichter bij die van de patiënten stonden dan die van artsen. Een nieuwe benadering van gezondheid zou meer de nadruk moeten leggen op het vermogen om vitaal en flexibel te zijn of te worden. Daarbij zijn persoonlijke groei en levensdoelen vervullen net zo belangrijk. Ze stelde dan ook een nieuwe definitie van gezondheid voor: “Gezondheid als het vermogen om je aan te passen en je eigen regie te voeren in het licht van fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven.”
GEZOND-TIJD
Een andere definitie vraagt een andere aanpak. In deze nieuwe definitie is het niet de toestand die centraal staat maar de capaciteit van de persoon om met alles dat het leven aanbiedt om te gaan en hier een rol in op te nemen.
Vanuit veel verschillende traditionele geneeswijzen is het meestal niet mogelijk om het fysieke los te behandelen van andere aspecten van het menselijk leven. Om een antwoord te kunnen bieden op fysieke klachten, worden meestal ook innerlijke, emotionele en zelfs sociale zaken mee aangepakt. Om een beeld te geven hoe een traditionele geneeswijze zich naar de dagelijkse klinische praktijk vertaalt, volgen op de volgende pagina hieronder een aantal voorbeelden uit mijn eigen praktijk als acupuncturist.
Aagje is 42 jaar en zit intussen 9 maanden thuis met nekpijn en krachtverlies in haar armen. Ze heeft ook op wekelijkse basis last van migraine. Na verschillende specialisten te hebben bezocht, werd ze door de neurochirurg doorgestuurd naar mij, de acupuncturist in het ziekenhuis. Tijdens de eerste consultatie kreeg ze een educatiesessie om een beeld te krijgen van de manier waarop traditionele Chinese geneeskunde werkt. Hierdoor wist ze ook dat ze behalve haar fysieke klachten ook eender welke andere zaken mocht opbrengen. Naast de pijnen gaf ze daarom aan dat ze veel twijfelt (mogelijk mede omdat veel artsen haar hadden gezegd dat haar pijn ‘tussen haar oren’ zit) en een laag zelfbeeld heeft. Ze kwam wekelijks voor een behandeling. De intensiteit van haar pijnen werd iets minder en de eerste vier weken had ze geen last meer van migrainehoofdpijn. Na de eerste paar weken vroeg ik of haar iets was opgevallen over haar zelfbeeld. Ze zei dat ze daar zelf niet zo bewust van was, maar dat ze haar man en zoon al een week niet meer hadden gevraagd: “Hou je nog van me?”. Ze deed dat voordien blijkbaar dagelijks.
Robin is 58 jaar en gediagnosticeerd met fibromyalgie. Ze was al maandenlang in behandeling, maar kreeg plots een uitzonderlijke reactie op de behandeltafel. Eerst voelde ze zich wat duizelig, maar thuis aangekomen, veranderde dat naar een volledig verdoofd gevoel - bijna apathisch. Ze had geen interesse meer in alles rondom haar en kwam in een uitzonderlijke interne stilte terecht. Die bleef een week aanhouden en het was in die toestand dat ze zich plots realiseerde dat een gebeurtenis (waarvan ze dacht dat ze die al lang geklasseerd had), toch een trauma was. Ze droeg het met zich mee en het had zich vastgezet in haar lichaam.
Mirjam werkt voor de gemeente en is 53 jaar. Ze kwam op consult met onrust in haar hoofd en aanhoudende pijn ter hoogte van haar nieren. Verder had ze ook pijn aan haar onderrug die doorstraalde naar haar rechterbeen. Na de eerste behandeling ervoer ze na zeer lange tijd opnieuw (voor drie dagen) hoe het is om het ‘molentje’ in haar hoofd uit te schakelen. Verder kon ze beslissingen nemen die een effect hadden op haar directe sociale omgeving. Haar contact met familieleden veranderde, omdat zij beter haar grenzen kon aangeven. Ze kon zich nu ook loskoppelen van een toxische relatie en ook haar pijnen waren praktisch verdwenen.
Zoals duidelijk wordt uit deze voorbeelden is dat we ‘de ziekte’ kunnen benaderen op een veelomvattende manier. Niet enkel het fysieke lichaam wordt behandeld, maar ook andere zaken die een belemmering vormen worden meegenomen, doordat er interne veranderingen optreden. Om aan gezondheid te kunnen werken moet de patiëntgerichte zorg een voorwaarde zijn, zodat de persoon in hun volledigheid in hun omgeving wordt gezien.
SYNERGIE
We moeten samenwerken om de mens te versterken, zodat die de uitdagingen van het leven tegemoet kan gaan. Dit betekent een verschuiving van ons huidige gezondheidsbeleid. In plaats van balustrades te bouwen om te voorkomen dat
mensen in het water vallen of ze eruit te redden, zou een echte gezondheidszorg mensen moeten leren zwemmen. Een effectieve samenwerking op verschillende vlakken is hiervoor belangrijk: denk naast de gezondheids- en welzijnsberoepen bijvoorbeeld aan de educatieve en socioculturele sector. Er zijn diverse disciplines en traditionele geneeswijzen die het lichaam van oorsprong zien als een geheel. Hierbij kunnen de emotionele, mentale, innerlijke en fysieke aspecten niet los van elkaar worden gezien en worden dus per definitie tegelijkertijd behandeld.
​
Patiënten hebben recht op informatie over alle mogelijke geneeswijzen, in begrijpbare taal. Zo bestaan er onaf-hankelijke platformen voor erkende zorg met een holistische benadering. Dat zou mensen in staat
kunnen stellen om uit een passieve rol te komen en zelf hun genezingsproces in handen te nemen en bewust keuzes te maken.
Er zijn prachtige voorbeelden van hoe de geneeswijzen elkaar ontmoeten en hoe ze samen kunnen werken ten behoeve van de patiënt, om dit echter te kunnen realiseren moet er eerst voorbij het hokjesdenken worden gegaan. Een realiteitscheck naar de eigen medische praktijken is ook een voorwaarde om op gelijke voet een synergie te kunnen aangaan.
tekst: Adrianne Waldt (zij/haar) foto’s: Alex Noels (hij/hem)
Uit editie 3 Macht - macht van informatie